De aanpak van hoofdluizen


Abstract

Hoofdluizen zijn vooral hinderlijk door de jeuk die ze veroorzaken en door de hoge besmettelijkheid, maar zijn op zich niet gevaarlijk. Bij de aanpak van hoofdluizen is het in eerste instantie belangrijk de diagnose correct te stellen. Enkel personen bij wie luizen worden gevonden, dienen te worden behandeld. Er zijn verschillende behandelingsopties: de "nat-kam"-methode, de pediculiciden (malathion, permethrine, depallethrine + piperonylbutoxide) en dimeticon. Een correcte toepassing is van het grootste belang voor een goede kans tot slagen. Voor de pediculiciden kan resistentie niet uitgesloten worden, en wanneer na twee toepassingen met 7 dagen tussentijd nog steeds luizen worden gevonden, dient te worden overgeschakeld op een ander pediculicide of een andere behandelingsoptie.

De prevalentie van luizenbesmettingen vermindert niet, ondanks de beschikbaarheid van talrijke behandelingsopties. Falen van de behandeling heeft meerdere oorzaken: resistentie van de luis aan het product, het gebruik van een product dat onvoldoende werkzaam is, het niet correct toepassen van het product, het niet correct gebruiken van de neten- of luizenkam, of het gebruik van een slechte kam.

In dit artikel wordt aandacht besteed aan de verschillende behandelingsopties, met bespreking van hun voor- en nadelen.


Diagnose

De diagnose van luizenbesmetting dient gesteld te worden op basis van de aanwezigheid van levende luizen (let vooral op achter de oren en in de nek); levensvatbare neten (binnen 1 cm van de hoofdhuid) zijn moeilijk te herkennen, en worden daarom niet als diagnostisch criterium gehanteerd. Het gebruik van een luizenkam na toepassing van een conditioner op nat haar (de "nat-kam test") is doeltreffender dan detectie door louter visuele inspectie of droog kammen. De "nat-kam test" wordt aanbevolen voor ouders. Wanneer luizen worden gevonden, is het belangrijk alle personen van het gezin te screenen, en dit in de klas of school te melden zodat andere kinderen kunnen worden gescreend. In geval van een luizenepidemie dient vanzelfsprekend te worden vermeden om kammen, borstels of mutsen uit te wisselen.


Wie behandelen?

Er wordt aanbevolen om alleen personen bij wie daadwerkelijk luizen worden aangetroffen, te behandelen. Alle personen in hetzelfde gezin bij wie luizen worden aangetroffen, worden best tezelfdertijd behandeld. Het heeft geen zin om profylactisch (dus zonder dat luizen zijn gevonden) te behandelen. Het thuisblijven van school wordt niet aanbevolen.


Behandelingsopties

Behandelingsopties zijn gebruik van een luizenkam (de "nat-kam methode"), of lokale toepassing van een insectendodend middel (pediculicide, dimeticon).


1. De "nat-kam methode"

De "nat-kam methode" berust op het gebruik van een conditioner of balsem en een goede luizenkam (d.w.z. met tanden die op doorsnede hoekig zijn, en op een afstand van 0,2 à 0,3 mm van elkaar staan). De werkwijze is als volgt: na aanbrengen van de conditioner op nat (bij voorkeur gewassen) haar, wordt het haar van achter naar voor (dus van de nek naar het voorhoofd) gekamd met de luizenkam (het is belangrijk dat de tanden van de kam in contact komen met de behaarde hoofdhuid). Na elke kambeweging wordt de kam afgeveegd aan een stukje wit papier. Als de eerste kambeurt voltooid is, wordt de conditioner uitgespoeld, en wordt het haar opnieuw gekamd met de luizenkam, nu van voor naar achter (dus van het voorhoofd naar de nek). Opnieuw wordt na elke kambeweging de kam afgeveegd aan het papier. Op het einde worden uit de kam alle haren, huidschilfers, luizen of neten verwijderd. Deze werkwijze dient in een periode van 14 dagen, 4 keer te worden herhaald. Wanneer dan nog steeds levende luizen worden gevonden, kan men de methode voortzetten, of opteren voor een andere behandelingsoptie.

In klinische studies wordt voor deze methode een genezingspercentage gevonden van 38 tot 57%. De "nat-kam"-methode is tijdrovend, en wanneer niet correct toegepast, is de kans op mislukking groot. De voordelen zijn echter de lage kostprijs en het feit dat luizen geen resistentie ontwikkelen tegen deze methode. Deze methode is ook zeer geschikt wanneer contact met insecticiden liever wordt vermeden (bv. zeer jonge kinderen, zwangere vrouwen).


2. Lokale behandeling met insectendodende middelen

Het gaat om lokale behandelingen op basis van:

  • een pediculicide (insecticide), dat een toxisch effect op het centraal zenuwstelsel van de luis heeft, of
  • dimeticon, dat een verstikkende film vormt rond de luizen.

Pediculiciden

Volgende pediculiciden zijn in België als geneesmiddel geregisteerd voor de behandeling van hoofdluizen: malathion 0,5% lotion [Prioderm®, Radikal®], permethrine 1% lotion [Nix Crème Rinse®], depallethrine 0,66% + piperonylbutoxide 2,64% spray (Para®), depallethrine 1% + piperonylbutoxide 4,4% shampoo (Para®), malathion 0,5% + permethrine 1% + piperonylbutoxide 4% spray [Para Plus®], [N.v.d.r.: in de bijsluiter van Nix Crème Rinse® wordt de mogelijkheid van profylactisch gebruik als indicatie vermeld; dergelijk gebruik is niet verantwoord. De combinatie malathion + permethrine wordt niet aanbevolen omdat het gebruik ervan resistentie-ontwikkeling in de hand kan werken.]

Op basis van een systematisch overzicht van klinische studies uitgevoerd in 1995, worden volgende producten als doeltreffend beschouwd.

  • Malathion 0,5% lotion: applicatieduur van 12 uur.
  • Permethrine 1% lotion: applicatieduur van 10 minuten.
  • Depallethrine 0,66% + piperonylbutoxide 2,64% spray: applicatieduur van 30 minuten.

Genezingspercentages bedroegen in deze studies meer dan 90% na 14 dagen bij eenmalige toepassing. In Drug and Therapeutics Bulleti n wordt evenwel de opmerking gemaakt dat deze studies uitgevoerd werden voordat hoofdluizen resistentie ontwikkelden tegen insecticiden. In bepaalde landen is inderdaad resistentie van luizen tegen malathion, permethrine en andere pyrethrines aangetoond. Waarschijnlijk zijn ook in België hoofdluizen resistent geworden tegen sommige insecticiden, maar correcte gegevens rond het resistentiepatroon in België zijn niet bekend.

De doeltreffendheid van andere concentraties of vehikels dan deze hierboven vermeld, of van andere insecticiden zoals de natuurlijke pyrethrines, is niet bewezen in degelijke klinische studies, en ze worden daarom niet aanbevolen.

Bij gebruik van een pediculicide wordt meestal aanbevolen om de toepassing van het product te herhalen na 7 dagen (om zo de luizen te doden die na de eerste toepassing uit de neten zijn gekomen). Bepaalde producten (bv. permethrine) hebben evenwel een residuele activiteit. Volgens sommige aanbevelingen (bv. deze ondersteund door het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid) dient met deze producten daarom niet systematisch na 7 dagen de behandeling te worden herhaald, maar enkel wanneer nog levende luizen worden gevonden. Wanneer na een tweede toepassing van het product nog levende luizen worden gedetecteerd, moet de mogelijkheid van resistentie worden overwogen, en moet een ander pediculicide, de nat-kam methode of dimeticon worden geprobeerd.

Als ongewenste effecten zijn met de pediculiciden vooral gerapporteerd: irritatie van de hoofdhuid, jeuk, prikkend of brandend gevoel, en zelden een allergische reactie. Deze toxische producten dienen buiten het bereik van kinderen te worden gehouden; contact met ogen en slijmvliezen moet vermeden worden. Lotions op basis van alcohol worden best vermeden bij kleine kinderen en patiënten met astma. Bovendien zijn deze lotions ontvlambaar zodat tijdens het gebruik ervan geen hittebron in de onmiddellijke nabijheid mag gebruikt worden (haardroger, krultangen, boiler, sigaret). Over het algemeen worden de pediculiciden afgeraden bij kinderen jonger dan 6 maanden en bij zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven.


Dimeticon

Recent zijn preparaten beschikbaar gekomen op basis van dimeticon 4% [in België niet als geneesmiddel voor lokaal gebruik geregistreerd, maar beschikbaar onder de benaming Silikom]. Het product moet op droog haar worden aangebracht, en mag pas na 8 uur worden uitgespoeld; de behandeling moet na 7 dagen worden herhaald. In twee gerandomiseerde, niet-blinde studies werd voor dimeticon na twee toepassingen met 7 dagen tussentijd een genezingspercentage gevonden van ongeveer 70%. In een van de studies was malathion het vergelijkend middel, met een genezingspercentage van amper 35%: dit is veel lager dan wat algemeen voor malathion wordt aangenomen; een verklaring wordt door de onderzoekers evenwel niet gegeven.

Resistentie tegen dimeticon is niet gerapporteerd, en het ontstaan ervan wordt, gezien zijn werkingsmechanisme, weinig waarschijnlijk geacht. Langetermijngegevens ontbreken. Volgens Drugs and Therapeutics Bulletin kan dimeticon beschouwd worden als een goed alternatief voor malathion of permethrine, in het bijzonder bij personen die geen pediculiciden willen gebruiken.


3. "Alternatieve" behandelingen

Voor alternatieve behandelingen, zoals gebruik van azijn, mayonaise, vaseline enz. is nooit in wetenschappelijke studies aangetoond dat ze luizen kunnen doden. Toestellen zoals elektrische luizenkammen of "luizenvangers" zijn niet wetenschappelijk getest en worden dan ook niet aanbevolen.

Er is geen evidentie van doeltreffendheid van repellants.


Enkele referenties

Anoniem: Does dimeticone clear head lice? Drug Ther Bull 2007; 45: 52-5

Broeckaert K, Hofkens K en Hoppenbrouwers K: Hoofdluis Praktijkboek Jeugdgezondheidszorg , Uitg. Elsevier Gezondheidszorg, Maarssen, Nederland, 2004, V 1.8, 1-20

Burgess I, Lee P en Matlock G: Randomised, controlled, assessor blind trial comparing 4% dimeticone lotion with 0,5% malathion liquid for head lice infestation PLoS ONE 2(11):e1127, met discussie in Minerva ( november 2008)

Lapeere H en Vander Stichele RH: De aanpak van hoofdluizen. Monografie aangemaakt in het kader van het wetenschappelijk comité ter ondersteuning van de Vlaamse luizenstandaard. December 2003. Via www.zorg-en-gezondheid.be/luizen.aspx (Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid) (Informatie voor ouders en leerkrachten van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid via www.zorg-en-gezondheid.be/luizen.aspx )

Legwohl M, Clark L en Levitt J: Therapy for head lice based on life cycle, resistance, and safety considerations. Pediatrics 2007; 119: 965-74

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Nederland). Pediculus humanus capitis. Hoofdluis. www.rivm.nl/cib/infectieziekten-A-Z/infectieziekten/Pediculus_humanus_capitis/index.jsp (informatie voor het publiek via www.rivm.nl/cib/infectieziekten-A-Z/infectieziekten/Hoofdluis/FAQ-hoofdluis.jsp )