Aceclofenac: dezelfde cardiovasculaire risico’s als diclofenac

De laatste jaren was er veel aandacht voor het risico van cardiovasculaire ongewenste effecten van NSAID’s [zie Folia september 2014 ]. De meta-analyse van de Coxib and traditional NSAID Trialists’ (CNT) Collaboration en recente observationele studies toonden dat het cardiovasculaire risico van diclofenac in hoge dosis (150 mg p.d.) vergelijkbaar is met dit van de coxibs (celecoxib, etoricoxib, parecoxib), en het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) verscherpte bijgevolg de contra-indicaties en voorzorgsmaatregelen voor diclofenac tot op hetzelfde niveau als voor de coxibs. Het EMA heeft recent beslist ook voor aceclofenac (o.a. Air-tal®, Biofenac® en generieken) de contra-indicaties en voorzorgsmaatregelen te verscherpen1: aceclofenac is immers structureel verwant met diclofenac en wordt gemetaboliseerd tot diclofenac. Een recente observationele studie toont ook voor aceclofenac een verhoogd risico van niet-fataal myocardinfarct2.

In het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium worden, in verband met het cardiovasculaire risico, volgende contra-indicaties en voorzorgen vermeld voor aceclofenac, diclofenac en de coxibs.

  • Contra-indicaties: patiënten met matig tot ernstig hartfalen (alle NSAID’s zijn gecontraindiceerd bij patiënten met ernstig hartfalen), coronairlijden, perifeer vaatlijden, antecedenten van cerebrovasculaire aandoeningen.
  • Voorzorgen: terughoudendheid is geboden bij patiënten met hypertensie en patiënten met hoog cardiovasculair risico.

Commentaar van het BCFI

Een recent gepubliceerde cohortstudie, gebaseerd op gegevens uit patiëntendossiers, vestigt nogmaals de aandacht op de risico’s van NSAID’s bij patiënten met hoog cardiovasculair risico3. In deze studie uitgevoerd bij patiënten die antitrombotica (bv.acetylsalicylzuur of clopidogrel, al dan niet in combinatie onderling of met een vitamine K-antagonist) namen na een eerste myocardinfarct, ging gebruik van een NSAID gepaard met een toename van de incidentie van ernstige bloedingen (o.a. gastro-intestinaal; relatief risico (RR) = 2,02; 95%-BI 1,81 tot 2,26) en van cardiovasculaire events (gecombineerd eindpunt van o.a. niet-fataal myocardinfarct, cerebrovasculair accident, cardiale sterfte; RR = 1,40; 95%-BI 1,30 tot 1,49). De follow-up was gemiddeld 3,5 jaar. Deze risicotoename werd gezien met meerdere NSAID’s (celecoxib, diclofenac, ibuprofen) en met de verschillende antitrombotische schema’s. Het risico van bloedingen was reeds statistisch significant verhoogd bij kortdurend gebruik van het NSAID (3 dagen of minder). Hoewel er rekening moet gehouden worden met de beperkingen van observationeel onderzoek, zeker als men zich baseert op patiëntendossiergegevens die niet in functie van het onderzoek zijn geregistreerd, toont deze studie dat NSAID’s nog frequent worden gebruikt bij patiënten na een myocardinfarct (bij ongeveer een derde van deze patiënten), ondanks het feit dat NSAID’s bij deze patiënten te mijden zijn. Deze waarschuwing geldt zeker voor de coxibs, diclofenac en aceclofenac, maar zoals besproken in de Folia van september 2014 , is een risico van cardiovasculaire ongewenste effecten voor geen enkel NSAID uit te sluiten.

1 www.fagg-afmps.be/nl/binaries/DHPC%20Aceclofenac%20NL%20-%20Website_tcm290-255036.pdf

2 Pharmacoepidemiol Drug Saf 2014; 23: 1128-38 (doi:10.1002/pds.3617)

3 JAMA 2015; 313: 805-14 (doi:10.1001/jama.2015.0809), met editoriaal : 801-2