Selecties

Gastro-intestinaal stelsel:

Motivatie

MOTIVATIE VOOR DE SELECTIE

  • Werkzaamheid: Inhibitoren van de maagzuursecretie vormen de basis van de behandeling van ulcus pepticum en refluxoesofagitis, zij verbeteren refluxsymptomen en verminderen de gastro-intestinale toxiciteit van NSAID's, met een beschermend effect op ulcuscomplicaties zoals perforatie of bloeding.
  • Veiligheid: Er zijn waarschijnlijk geen verschillen in werkzaamheid tussen de verschillende protonpompremmers PPI's. PPI's zijn substraten van CYP2C19. Pantoprazol interfereert echter het minst met dit cytochroom. Gezien de verhoogde kwetsbaarheid van ouderen en de grotere kans op polymedicatie, wordt gekozen voor pantoprazol.
Indicatie
Peptisch ulcus
en/of eradicatie
H. pylori-infectie
GORD Functionele dyspepsie
(tweede stap)
Preventie van ulcera
veroorzaakt door
NSAID
Criteria voor de selectie Werkzaamheid ++ ++ ++
Veiligheid + + +
Gebruiksgemak
Prijs
Expert
consensus
+


Dosering

Geen dosisaanpassing nodig op basis van leeftijd.

maagulcus

  • 40 (eventueel 80) mg 1x/d gedurende 4 (eventueel 8) weken

duodenaal ulcus

  • 40 (eventueel 80) mg 1x/d gedurende 2 (eventueel 4) weken

eradicatie H. pylori (quadritherapie)

  • 40 mg, 2x/d ged. 10 dagen (in associatie met 2x/d: amoxicilline 1 gr + clarithromycine 500 mg + metronidazol 500mg)

preventie van ulcera door NSAID’s bij risicopatiënten

  • 20 mg 1x/d

refluxoesofagitis

  • behandeling: 40 (eventueel 80) mg 1x/d gedurende 4 (eventueel 8) weken
  • preventie van recidieven: 20 (eventueel 40) mg 1x/d

refluxsymptomen

  • 20 mg 1x/d gedurende 2 à 4 (eventueel 8) weken

In geval van nierfalen

  • Geen dosisaanpassing bij nierinsufficiëntie

Delen en pletten

http://pletmedicatie.be

Voorzorgsmaatregelen voor gebruik

BIJZONDERE VOORZORGEN VOOR OUDEREN

  • Bij aanwezigheid van elk alarmsymptoom (bv. significant onbedoeld gewichtsverlies, herhaaldelijk braken, dysfagie, hematemesis, bloedarmoede of melaena) en wanneer verdenking bestaat van een maagulcus of een maagulcus aanwezig is, moet maligniteit worden uitgesloten
  • Éen uur vóór de maaltijd innemen
  • Het is aangewezen om PPI’s alleen voor te schrijven bij onderbouwde indicaties, in de laagst mogelijke dosis.
  • Al na 4 weken behandeling bestaat er een risico van rebound reflux bij stoppen van de behandeling (Folia goed om weten nov 2019).
  • Continue behandeling met PPI’s moet worden vermeden ( Folia nov 2016), het is belangrijk de risico-batenverhouding van elke behandeling met PPI’s regelmatig te evalueren, met aandacht voor de:
    • Ongewenste effecten: regelmatig gebruik van PPI’s kan leiden tot zeldzame, maar potentieel ernstige ongewenste effecten:
      • Tekorten aan:
        • Vit B12-tekort → Anemie, neurologische problemen, depressie.
        • Mg-tekort → Cerebrale, neuromusculaire en/of cardiale klachten.
      • Acute interstitiële nefritis.
      • Behandeling met Pantoprazol kan leiden tot een licht verhoogd risico op gastro-intestinale infecties veroorzaakt door bacteriën zoals Salmonella en Campylobacter of C. difficile.
      • Protonpompremmers, vooral indien gebruikt in hoge dosissen en gedurende een lange periode (> 1 jaar), kunnen het risico op een heup-, pols- en wervelfractuur, voornamelijk bij ouderen of in aanwezigheid van andere gekende risicofactoren licht verhogen
    • Medicamenteuze interacties: opletten indien polymedicatie en/of kwetsbare (oudere) patiënt:
      • ↘ Absorptie van bepaalde geneesmiddelen bijvoorbeeld van itraconazol, ijzer, levothyroxine, vitamine B12, bepaalde proteaseremmers en proteïnekinaseremmers).
      • Additief risico van hyponatriëmie (diuretica, SSRI, SNRI,…)
      • Additief risico van acute interstitiële nefritis (NSAID, β-lactam AB,…,…)
      • Risico van verhoogde toxiciteit van methotrexaat (vooral wanneer het gebruikt wordt in hoge doses). Bij gelijktijdig gebruik van hoge doses methotrexaat, wordt de PPI best tijdelijk gestopt.

De rubrieken hieronder verwijzen naar de geneesmiddelgroep waartoe het hier beschreven geneesmiddel behoort, indien deze beschikbaar zijn in het Gecommentarieerd Geneesmiddelen Repertorium.

Ongewenste effecten

  • Zie Folia mei 2022.
  • Nausea, diarree, hoofdpijn, rash, benigne fundic-gland poliepen.
  • Rebound reflux na stoppen van de behandeling.
  • Zelden: gastro-intestinale infecties (bv. Clostridium difficile) en verhoogd risico van reizigersdiarree, (soms ernstige) huidaandoeningen, interstitiële nefritis.
  • Bij langdurig gebruik, nierinsufficiëntie [zie Folia mei 2022], osteoporose met verhoogd risico van fracturen, vitamine B12-deficiëntie en hypomagnesiëmie [zie Folia november 2016].
  • Sommige publicaties suggereren een risico van overlijden, cardiovasculaire events, maagkanker, diabetes, fractuur en astma bij kinderen, en darmkolonisatie met multiresistente kiemen [zie Folia mei 2022].

Interacties

  • Mogelijk vertraagde resorptie van sommige PPI’s bij inname met voedsel. Er wordt algemeen aanbevolen een PPI in te nemen op een lege maag, maar of dit een positief effect heeft op de symptomen en het slijmvlies, is niet duidelijk.
  • Gewijzigde resorptie van andere geneesmiddelen door verandering van de maag-pH (bv. verminderde resorptie van itraconazol, ijzer, levothyroxine, rilpivirine en bepaalde protease-inhibitoren en proteïnekinase-inhibitoren). In dat geval kan men overwegen om het gebruik van de PPI tijdelijk te stoppen.
  • Risico van verhoogde toxiciteit van methotrexaat (vooral wanneer het gebruikt wordt in hoge doses). Bij gelijktijdig gebruik van hoge doses methotrexaat, wordt de PPI best tijdelijk gestopt.
  • De protonpompinhibitoren (PPI's) zijn substraten van CYP2C19. Omeprazol en esomeprazol (de S-isomeer van omeprazol) zijn daarenboven inhibitoren van CYP2C19 (zie Tabel Ic. in Inl.6.3.). Lansoprazol is daarenboven een substraat van CYP3A4 (zie Tabel Ic. in Inl.6.3.). Omeprazol en esomeprazol (en in mindere mate lansoprazol) kunnen de omzetting van clopidogrel tot zijn actieve metaboliet remmen, met daling van het antiaggregerend effect en verhoogd risico van cardiovasculaire events. Als het samen geven van clopidogrel met een PPI essentieel is, lijkt het voorzichtiger omeprazol en esomeprazol te vermijden.

Contra-indicaties

  • Op de website geneesmiddelenbijlevercirrose.nl worden lansoprazol, omeprazol, pantoprazol en rabeprazol als “onveilig” (te vermijden) bij levercirrose beoordeeld.

Prijstabel