Tiotropium bromide

ATC: R03BB04

Ouderenzorg

Selecties

Ademhalingsstelsel :

  • COPD: Onderhoudsbehandeling (bij onvoldoende symptoomcontrole met kortwerkende bronchodilatoren 'volgens noodzaak') : eerste stap, keuze tussen tiotropium en salmeterol, afhankelijk van de patiëntenkarakteristieken.

Motivatie

MOTIVATIE VOOR DE SELECTIE

  • Langwerkende β2-mimetica (LABA’s) en langwerkende anticholinergica (LAMA’s) worden als onderhoudsbehandeling gebruikt bij patiënten met ernstige symptomen en/of hoog exacerbatierisico. De keuze voor een LAMA of LABA gebeurt best individueel, onder andere in functie van het profiel van ongewenste effecten. LAMA’s lijken iets effectiever dan LABA’s op het exacerbatierisico.
  • Richtlijnen geven tiotropium een plaats naast de andere bronchodilatatoren. De voornaamste reden hiervoor is de aangetoonde reductie van het aantal exacerbaties (en hospitalisaties) versus placebo.
  • De ongewenste effecten van de beschikbare langwerkende anticholinergica zijn vergelijkbaar.
  • Het Formularium Ouderenzorg kiest tiotropium als langwerkend anticholinergicum. Deze keuze is gebaseerd op de langere ervaring en de meest gunstige prijs.

Indicatie
COPD : Onderhoudsbehandeling - Eerste stap, keuze tussen tiotropium en salmeterol
Criteria voor
de selectie
Werkzaamheid +
Veiligheid
Gebruiksgemak
Prijs +
Expert
consensus
+


Dosering

Geen dosisaanpassing nodig op basis van leeftijd (maar zie rubriek "Bijzondere voorzorgen").
Bij ouderen is herhaalde evaluatie van de inhalatietechniek wenselijk (zie SKP 4.2 "Instructies voor het gebruik van de inhalator").
  • Inhalatiepoeder: 1 x p.d. 7 µg.

In geval van nierfalen

  • Geen dosisaanpassing nodig.
    • Uit voorzichtigheid (gezien het risico op verhoogde plasmaconcentraties en de grotere gevoeligheid van oudere patiënten voor bijwerkingen en interacties tussen geneesmiddelen), bij een creatinineklaring 50 ml/min wordt er echter aanbevolen om de voor-en nadelen tegen elkaar af te wegen.

Voorzorgsmaatregelen voor gebruik

BIJZONDERE VOORZORGEN VOOR OUDEREN

  • Ouderen zijn gevoeliger aan anticholinergische effecten en een dosisvermindering kan soms aangewezen zijn.
  • Contact met de ogen vermijden: risico van verergering van gesloten-hoekglaucoom, pijn of onaangenaam gevoel in de ogen, visusstoornissen en cornea-oedeem.
  • Bij patiënten met instabiel cardiovasculair lijden (bv. recent myocardinfarct, levensbedreigende hartaritmieën, ernstig hartfalen) dienen anticholinergica voorzichtig te worden gebruikt (Zie repertorium BCFI 4.1.2 rubriek "Ongewenste effecten”).
  • Voorzichtigheid bij prostaathyperplasie en urineretentie.
  • Langdurig gebruik van anticholinergica kan leiden tot droge mond en cariës.

De rubrieken hieronder verwijzen naar de geneesmiddelgroep waartoe het hier beschreven geneesmiddel behoort, indien deze beschikbaar zijn in het Gecommentarieerd Geneesmiddelen Repertorium.

Ongewenste effecten

  • Bij inhalatie van middelen kunnen systemische effecten optreden, zij het minder dan bij systemische toediening. Anticholinerge ongewenste effecten zijn onder andere: monddroogte, hartkloppingen, obstipatie, moeilijke mictie, urineretentie (zie Inl.6.2.3. Anticholinerge ongewenste effecten).
  • De mogelijkheid van ernstige cardiale ongewenste effecten door LAMA’s blijft controversieel maar recente gegevens zijn geruststellend; er bestaat echter nog steeds een vermoeden van cardiovasculaire events bij het begin van de behandeling of bij een verhoging van de dosis.
  • Zelden: paradoxale bronchospasmen.

Interacties