Motivatie
MOTIVATIE VOOR DE SELECTIE
- Onychomycose:
- Complicaties bij onychomycose zijn zeldzaam en medicamenteuze behandeling is alleen gerechtvaardigd als er een hoog risico op aantasting/infectie van de omliggende huid is.
- De beschikbare gegevens over de werkzaamheid hebben voornamelijk betrekking op terbinafine en itraconazol. Een klinisch en esthetisch bevredigende respons wordt waargenomen bij slechts ongeveer de helft van de behandelde patiënten.
- BAPCOC raadt behandeling (met orale medicatie) alleen aan bij immunogecompromitteerde patiënten of diabetes mellitus (grade 1C). Orale behandeling kan verder ook om esthetische redenen overwogen worden, maar alleen in gevallen van microbiologisch bevestigde onychomycose (grade 2C – voir BAPCOC).
- Aangezien, vooral bij ouderen, de risico’s op interacties en ongewenste effecten hoog zijn, moet men het voorschrijven beperken tot de situaties met het hoogste risico en niet behandelen om louter esthetische redenen.
- Bij de keuze van de molecule (terbinafine voor onychomycose van de voet en itraconazol voor onychomycose van de hand) moet ook rekening worden gehouden met de individuele kenmerken van de patiënt.
- Tinea pedis met mocassin patroon:
- Bij tinea pedis met mocassin patroon is de hoornlaag zo verdikt dat lokale behandeling minder effectief is, waardoor orale behandeling nodig is.
- Terbinafine oraal is geselecteerd omdat de behandelingsduur korter is.
| Indicatie |
Onychomycose (voorwaardelijke selectie) | Tinea pedis met mocassin patroon |
Criteria voor de selectie | Werkzaamheid | + | + |
Veiligheid | | |
Gebruiksgemak | | + |
Prijs | | |
Expert consensus | + | |
Dosering
Geen dosisaanpassing nodig op basis van leeftijd.
- Onychomycose (teennagels):
- 250 mg per dag gedurende 6 tot 12 weken.
- Diepe tinea pedis met mocassin patroon.
- 250 mg per dag gedurende 2 weken.
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
BIJZONDERE VOORZORGEN VOOR OUDEREN
- Houd rekening met de grotere prevalentie van polymedicatie bij ouderen, evenals een hoger risico op nier- of leverfalen dat rechtvaardigt:
-
Een grote voorzichtigheid bij nier- of leverinsufficiëntie.
-
Het uitvoeren van levertesten voor aanvang van de behandeling en het onderbreken van de behandeling bij tekenen of symptomen van leverstoornissen (anorexie, aanhoudende onverklaarde nausea, vermoeidheid, geelzucht, donkere urine, …).
-
Alertheid voor interacties van geneesmiddelen, afhankelijk van de individuele chronische behandeling van de patiënt.