Deze maand in de Folia

Er komen regelmatig nieuwe geneesmiddelen ter beschikking die een therapeutisch voordeel kunnen bieden ten opzichte van de reeds bestaande geneesmiddelen. Dikwijls is echter hun kostprijs heel wat hoger. Het is op dat ogenblik niet gemakkelijk om het bijkomend therapeutische voordeel af te wegen tegenover de meerkost. Inderdaad zijn er bij het op de markt brengen van een geneesmiddel nog heel wat onzekerheden over wat, in "real life" omstandigheden, de uiteindelijke winst zal zijn, en ook wat de mogelijke ongewenste effecten zullen zijn als grote aantallen patiënten op lange termijn behandeld worden. Wij trachten in de Folia om de beschikbare elementen voor deze afweging op een kritische manier aan te reiken. In dit nummer wordt de plaats van de aromatase-inhibitoren en trastuzumab bij niet-gemetastaseerd borstcarcinoom besproken: het is een evenwichtsoefening die leidt tot een voorlopige plaatsbepaling. Naarmate er meer gegevens beschikbaar komen zal het nodig zijn dit bij te sturen.

Zelfs wanneer men het nut van een behandeling goed kent, leidt dit niet altijd tot het verwachte resultaat in de praktijk. Zo merkt men dat de aanbeveling over toedienen van foliumzuursupplementen rond de conceptie uiteindelijk niet heeft geleid tot de daling van de prevalentie van neuraalbuisdefecten in Europa. Blijkbaar wordt de aanbeveling niet op de best mogelijke manier opgevolgd, en moet men zoeken naar mogelijkheden om dit beter te realiseren.

Voor de rest is er nog wat kort nieuws, en trekken wij speciaal de aandacht op een zeer ernstig ongewenst effect: het risico van kaakbeennecrose door bisfosfonaten.